Gebouwbrand

08-12-2020

De pieper maakt abrupt een einde aan mijn diepe slaap. Half slaperig lees ik de tekst op mijn pager. Plots ben ik klaarwakker... Gebouwbrand... rond 1:00 uur in de nacht op een locatie waar we vaak komen alleen dan voor een automatisch brandalarm. Ik mompel tegen mijn vrouw: 'Als deze echt brand dan is het goed mis' En goed mis is het! Net als ik mijn auto in ben gestapt gaat de pieper opnieuw...Middelbrand! Op de kazerne is iedereen gefocust op wat komen gaat. Razendsnel wordt er omgekleed en sprinten we naar de wagens. Ik neem de plek in als bevelvoerder op de tweede tankautospuit. Bijna gelijktijdig rijden we de kazerne uit en spoeden we ons naar het brandadres. We hangen allemaal ademlucht om en ik leg de ploeg duidelijk uit wat ik van ze verwacht. Als we aankomen zien we de vlammen al uit één van de woningen van het complex slaan. We rijden de binnentuin van het complex op en sluiten achter de eerste tankautospuit aan. Reanimatie van 2 personen op de derde verdieping is het eerste wat ik te horen krijg van de 1ste bevelvoerder. Hij draagt mij op om de slachtoffers naar beneden te halen want ze liggen in de rook voor hun woning. In de minuten die volgen ben ik onderdeel van een bizarre situatie. De beelden die we te zien krijgen en het werk wat gedaan moet worden laat diepe sporen na in mijn geheugen en brand in op mijn netvlies. Maar we moeten door want er zijn nog meer mensen in gevaar. Boven de brand moeten nog woningen ontruimt worden want de rookontwikkeling is heftig en er is nog een machtige vijand te bedwingen...het vuur. In overleg met de alarmcentrale maak ik grote brand. De eerste ploegen raken zonder ademlucht en trekken zich terug om cilinders te wisselen. Ik zet mijn tweede ploeg, die nog aan het uithijgen is van het redden van de slachtoffers, in op de brand op de derde verdieping. Buiten wordt er gereanimeerd en zijn de eerste ambulances gearriveerd.

De derde tankautospuit meld zich en ik vraag hen de vierde verdieping te ontruimen. Ik haal mijn blusploeg naar buiten want ook zij hebben weinig lucht en moeten nieuwe cilinders. De ploegen van de eerste tankautospuit nemen de blussing weer over. Buiten wordt het steeds drukker en proberen politie, brandweer, ambulances en medewerkers van de gemeente orde te scheppen in de ontstane chaos. Er worden bewoners vervoert naar het gemeentehuis voor opvang. De brand is grotendeels bedwongen maar zeker nog niet uit. Een vierde tankautospuit wordt opgeroepen om de eerste ploegen af te lossen. We zijn compleet afgedraaid na deze intensieve inzet. De derde en vierde tankautospuit nemen het nablussen van de brand van ons over en wij leggen vermoeid onze materialen naast de brandweerwagens. Andere collega's zullen alles voor ons opruimen. We drinken en we praten en gaan langzaam beseffen wat we zojuist hebben meegemaakt. Onze bluskleding is smerig en heeft net als ons een wasbeurt nodig. Ook hiervoor is gezorgd, we krijgen allemaal schone bluskleding. We praten na met het team dat de oorzaak van de brand zal onderzoeken. Nog één keer gaan we terug naar de woningen waar de brand zijn vreselijke sporen heeft nagelaten. De brand is uit en de woningen zijn vrij van rook gemaakt. We kijken naar de plek waar we zojuist vochten tegen de vlammen. We keren terug naar de kazerne waar een team van collega's ons opvangt om te praten over wat we hebben meegemaakt. Iedereen doet zijn verhaal en vertelt wat diepe indruk heeft gemaakt of wat is opgevallen. Het is goed om zo even bij elkaar te komen en te delen hoe het is beleeft. Ik kijk de kring rond en ben dankbaar dat ik deel mag uitmaken van dit hechte team dat ook deze klus weer heeft geklaard.